Monumentaal: renovatie Nationaal trainingscentrum Akoesticum te Ede

Renovatie en herbestemming Friso kazerne Ede

In de voormalige Johan Willem Friso kazerne in Ede is sinds oktober 2014 het nationaal trainingscentrum voor muziek, dans en theater Akoesticum gevestigd. Alvorens het gebouw gebruikt kon worden voor de huidige bestemming vond een ingrijpende renovatie plaats van de gevels. Ook zijn de indeling en de functies van de ruimtes binnen helemaal aangepast.

Het trainingscentrum heeft de beschikking over acht studio’s, twee grote oefenzalen en een auditorium. Verder bevinden zich in het gebouw een restaurant en een café en er zijn kamers om te overnachten voor 148 personen.

Bij de renovatie zijn alle details van het oorspronkelijke ontwerp van de architect uit 1906 zoveel mogelijk opnieuw aangebracht waarbij de oorspronkelijke kleuren en materialen werden gebruikt.

Type klimaatbeheersing

Omdat na de bouwfase bleek dat het centrale WTW-systeem in bepaalde ruimtes onvoldoende ventilatiemogelijkheden bood, werd gezocht naar een decentrale oplossing die geïnstalleerd kon worden zonder ingrijpende maatregelen om het tekort aan ventilatie aan te vullen. De oplossing werd gevonden in de plaatsing van decentrale ClimaRad ventilatie-units die beschikken over een ingebouwd warmteterugwinning systeem en sensoren die constant de luchtkwaliteit meten en op die manier zelf bepalen wanneer en hoeveel er moet worden geventileerd om een goed werkklimaat te creëren.

Per ruimte werden telkens twee ClimaRad 2.0 ventilatie-units (met radiator) geïnstalleerd waarbij de toestellen in een Master-Slave opstelling werden geplaatst. De Slave-toestellen kunnen worden bediend via de bedieningspanelen van de Master toestellen waarop deze zijn aangesloten.

Als hoofd facilitaire Dienst bij Akoesticum, Nationaal trainingscentrum voor muziek, dans en theater in Ede, ben ik van A tot Z betrokken geweest bij het project.

Enige tijd ná de oplevering van het gerenoveerde gebouw, een kazerne uit 1906, bleek dat de luchttoevoer en ook de binnenluchtkwaliteit in enkele lokalen niet voldoende was. Een upgrade door middel van een bouwkundig verantwoorde oplossing was noodzakelijk. Na diverse mogelijkheden te hebben overwogen, heb ik uiteindelijk gekozen voor ClimaRad. Voor deze techniek was geen ingrijpende (bouwkundige) verandering noodzakelijk, wat voor het in stand houden van een monumentaal pand een doorslaggevend argument was.

Door het plaatsen van enkele decentrale ClimaRad ventilatie-units in de lokalen kon de benodigde extra ventilatie op eenvoudige wijze worden gerealiseerd.

Rick Wijngaard

Hoofd Facilitaire Dienst